Terug



Nieuwsbrief 29 - juni 2006

Lodwar Kenya




Beste allemaal,

Groeten vanuit Lodwar.

Het blijft steeds weer enerverend om hier bezig te zijn. We krijgen regelmatig kaarten en reisverslagen van familie en bekenden die voor lange of korte tijd een reis gaan maken. We hebben het idee dat we al heel lang op reis zijn en het einddoel nog steeds niet hebben bereikt. Het blijft vallen en opstaan in de organisatie en het uitvoeren van de projecten waar we mee bezig zijn wat betreft het omgaan met de medewerkers, de cultuurverschillen en ga zo maar door. Het blijft een boeiend geheel om toch de lijn vast te houden en tevreden te zijn met kleine vorderingen.
Voorop blijft staan de hulp aan de twee groepen waar we voor werken, de dove kinderen en de meest behoeftige ouderen. Een Schotse dokter die lang in Turkana heeft gewerkt zei eens: “Als je hier komt werken, moet je eerst ”nee” leren zeggen. Je kunt niet iedereen helpen, blijf bij je project”. Ook de bisschop zegt altijd dat de hulpverlener dit voor ogen moet houden, dan kun je het aan, anders wordt het te veel.
De (politieke) situatie in het land is erg onduidelijk. Er wordt veel vergaderd door ministers en allerlei hoge heren. Veel heeft al te maken met de verkiezingen voor volgend jaar. Iedere stam zou graag zijn eigen president aan de regering willen hebben.

Veiligheid op het internaat.
Een paar maanden geleden werd de staf van het internaat voor dove kinderen geconfronteerd met een inbraak.
Hoewel er twee nachtwakers op de compound rondlopen zagen de boeven toch kans om een zonnepaneel van de straatlantaarn af te breken en mee te nemen.
Ze hadden een gat in het gaas van de omheining gemaakt en een paar handlangers gingen stenen gooien naar de bewakers. Deze konden en durfden niets te doen. Eind mei kwam een tweede groep verdachte lieden. Door het schreeuwen van de nachtwakers en de leidsters werd de buurt gealarmeerd en kozen de dieven het hazaenpad. De staf en bestuur hebben nu besloten om, met speciale toestemmming van het hoofd van de politie, een bewapende bewaker aan te stellen. Deze reserve politie komt om zes uur ‘s avonds en bewaakt de compound tot zeven uur in de morgen. Het was een moeilijke beslissing om een bewapende wacht aan te stellen, maar voor de veiligheid van de kinderen en de verzorgsters is dit nu toch noodzakelijk gebleken.
We hopen dat de aanwezigheid van deze “reserve politie” preventief werkt en dat de problemen van onveiligheid hiermee zijn opgelost.
Atir vertelt.
Het is ongeveeer half zeven in de avond en over een uur is het donker. Ik heb nog acht uur rijden voor de boeg voor ik op de plaats van bestemming arriveer. We zijn met een groep van ongeveer veertig mensen op weg naar Lokitaung, een plaats in het noorden van Kenia. De weg is onverhard, vol gaten en keien.
Ook zullen we door droge rivieren moeten. We hopen maar dat het in de bergen van Oeganda niet heeft geregend, want anders kunnen we deze rivieren niet passeren en moeten we wachten tot het water zakt.
Over twee dagen zal ik geopereerd worden aan mijn oog. Vorig jaar op dezelfde tijd ben ik ook geopereerd, dat was aan mijn rechter oog. Er was staar ontdekt door Spaanse oogartsen, die elk jaar naar Turkana komen om oogonderzoeken te doen en te behandelen. Toen ik na een week weer terugging naar Lodwar kon ik veel beter zien. Nu zal mijn linker oog worden geopereerd.
Wij, negentien ouderen van het Ewoi programma, worden vergezeld door twee stafleden, Ann en Agnes, medewerkers van het Ewoi programma en zij zullen voor ons zorgen tijdens ons verblijf in Lokitaung. Ze hebben van alles meegenomen zoals lakens, schone kleren, omo en zeep, wasbakken, bekers, borden en lepels. Ook melk en speciale koeken voor onderweg. We zitten op zakken met mais en bonen, want deze moeten naar het noorden vervoerd worden. Af en toe zal de vrachtwagen een sanitaire stop maken.
Ze vervolgt: Sinds vier jaar ben ik ingeschreven in het Ewoi programma. Tijdens een mobiele kliniek werd bij mij tuberculose in de wervelkolom ontdekt.

Ik had al lang pijn in de rug en ik begon erg krom te lopen. Hierdoor kon ik niet meer naar de bush palmbladeren gaan halen om makuti te maken. Dit is een soort dakbedekking. Ik ging dan altijd heel vroeg naar het bos, kapte de bladeren en bracht een bos op mijn hoofd naar mijn hutje. Daar bewerkte ik de bladeren tot makuti. Als ik het kon verkopen verdiende ik wat geld. Het was hard werken, maar zo had ik elke dag wat te eten.
Toen ik tuberculose kreeg ben ik opgenomen in de TB manyatta. Een soort sanatorium in de openlucht. Ik ben daar vier maanden geweest. Elke morgen moesten we in een lange rij wachten en kreeg ieder zijn of haar medicijnen. Het voedsel was redelijk. Gelukkig kwam Clementine, de huisbezoekster van het Ewoi centrum, mij een paar keer in de week opzoeken. Zij bracht dan vaak omo, zeep wat unimix mee. Unimix is een soort meel waar alle voedingstoffen inzitten. Ook zorgde het Ewoi programma dat ik bij de opname in de TB manyatta een paar noodzakelijke dingen kreeg zoals een wasbak, een laken, een pan, musquito net, een slaapmat en wat extra kleren.
Als ik wat hout kon bemachtigen kookte ik in een hoekje op de manyatta een beetje pap. Dank zij de medicijnen en de extra pap sterkte ik al snel weer wat aan.

Als Clementine kwam gingen we een poosje apart zitten en maakten we een praatje over van alles en nog wat. Zij kent de plaats waar ik woon en de mensen uit de buurt. Vaak bracht ze de groeten van de buren. Met de familie heb ik bijna geen contact. Dat vinden ze niet nodig, omdat ik oud ben en hun alleen maar tot last ben.
Na vier maanden mocht ik weer naar huis, maar moest wel de medicijnen in blijven nemen. Langzamerhand ben ik weer goed opgeknapt. Ik ga nu weer om de paar dagen palmbladeren halen in bush en maak nu weer makuti en bezems.

Regelmatig komt Clementine op bezoek. Een tijdje geleden is ze moeder geworden en kwam ze ons, haar baby laten zien, want er zijn nog een paar ouderen hier in het dorpje die geholpen worden door het Ewoi programma. Ze had meer dan een uur gelopen met haar zoontje op de rug.
Elke week ga ik met enkele ouderen naar het Ewoi centrum wat eten halen. Ongeveer een uur lopen. Ik krijg dan mais en bonen, meel en soms olie en zout. Als er iets bijzonders te vieren is krijgen we ook wat suiker. Maar dat is lang niet altijd het geval, want dat is te duur voor Ewoi. Ik hoop dat, als we over een dag of zes naar huis gaan, de staaroperatie goed is gelukt. Want de laatste tijd merkte ik dat mijn ogen erg achteruit gingen. De lange reis naar het noorden op een open vrachtwagen heb ik er wel voor over. We hopen morgen vroeg in Lokitaung aan te komen.
Atir is sinds 2001 ingeschreven in het Ewoi programma. Ze is ongeveer 58 jaar volgens haar ID card. Ze is een hard werkende vrouw altijd opgeruimd en vrolijk. Ze klaagt nooit.
We hebben voor haar palmbladeren en takken uit de bush gehaald en daar heeft ze een mooi hutje van gebouwd. De makuti en de bezems die ze maakt brengt ze naar de plaatselijke markt, ruim eem uur lopen met de spullen op haar hoofd. Op deze manier verdient zij ongeveer 200 shilling per week hierdoor heeft ze een inkomen, ongeveer € 2.5 per week.

Hulpverlening.
Het tekort aan voedsel en met gevolg de honger is nog steeds een groot probleem. We kopen veel voedsel voor de ouderen en gaan op de bedeltoer bij verschillende hulpverleningsorganisaties. Maar voor de ouderen is er meestal niets. Gelukkig hebben we van een sponsor wat geld gekregen om extra voedsel te kopen.
Enige tijd geleden zagen we in Nederland Minister van Ardenne op de t.v. Zij bracht, samen met Minister Verdonk, een bezoek aan een groot vluchtelingenkamp hier in de buurt. Dit bezoek was in het kader van het vluchtelingenbeleid van Nederland. We hebben Minister van Ardenne een brief geschreven en haar nog eens duidelijk gemaakt dat de vluchtelingen in Turkana veel hulp krijgen, maar dat voor de ouderen en gehandicapten weinig of geen aandacht is. Zij schreef een sympathieke brief terug waarin zij duidelijk maakte dat haar ministerie 1,2 millioen dollar had overgemaakt aan het Rode Kruis Kenia voor voedselhulp. Met deze brief zijn we naar het kantoor van het Rode Kruis gegaan en hebben gevraagd waarom de ouderen in Turkana verstoken blijven van deze donatie. De mananger van het Rode Kruis heeft de brief ingezien en hoewel deze brief in het Nederlands was geschreven, begreep hij heel goed wat de intentie was en gaf ons meteen 25 zakken unimix. Ook beloofde hij om bij de volgende zending het ouderenprogramma weer op de lijst te zetten voor voedsel. We hebben in het verleden namelijk regelmatig bij het Rode Kruis om voedsel gevraagd, maar nooit iets ontvangen.
Wel werd ons een keer voedsel aangeboden, maar dat was toen er “hoge heren” van het Rode Kruis uit Nairobi Lodwar zouden bezoeken. Tijdens de distributie zouden de bezoekers uit Nairobi dan foto’s kunnen maken. Dit voedsel hebben we toen geweigerd omdat we ons misbruikt voelden. De minister adviseerde in haar brief bepaalde hulpverleningsinstanties te benaderen, omdat zij medegefinancierd worden vanuit de ontwikkelingsgelden van haar ministerie van ontwikkelings-samenwerking.

Naar vier organisaties, die door de minister werden geadviseerd, hebben we nu een verzoek om financiele hulp gestuurd. En nu maar afwachten wat hun antwoorden zullen zijn.

Gehandicapten.
Het Ewoi programma heeft ongeveer twintig gehandicapten in zorg. De hulp wordt mede gefinancierd door het Liliana Fonds. Enkele van deze gehandicapte kinderen zijn opgenomen is een tehuis voor gehandicapten dat onlangs is geopend door het Diocese. Anderen wonen thuis en zijn voorzien van speciale schoenen, beugels of een kunstbeen. In verband met de lange afstanden en het rondtrekken van de ouders (nomaden) is het moeilijk om deze kinderen te volgen. Als we op zoek gaan naar een kind om afspraken te maken kost dat veel tijd.
Enkele weken geleden bezochten we de familie van Anthony. Zij wonen ongeveer zeventig km. van Lodwar. We hadden gehoord dat de moeder het kind verwaarloosde tijdens de vakantie. Via het hoofd van de school is Anthony in het hulpprgramma gekomen samen met een gehandicapt meisje, Regina. Door de uitstekende zorg van haar zus en de hulp van het Liliana Fonds heeft Regina nu een goed passend kunstbeen. Ze loopt heel goed en gaat naar een kostschool. Anthony wordt erg verwaarloosd door de moeder. Tijdens de vakantie is hij hele dagen alleen, de beugels worden niet aangedaan en de kleren die hij van het programma kreeg worden door andere kinderen gedragen. Toen we de familie van Anthony bezochten hebben we Regina meegenomen om te laten zien dat als een gehandicapt kind de nodige aandacht krijgt het heel zelfstandig kan functioneren. Iedereen in haar dorp was heel verbaasd toen ze Regina zagen. Men kon niet geloven dat zij de Regina was die vroeger door het dorp kroop. De grootvader van Anthony ging voor zijn dochter staan met de kruk van Regina in de hoogte geheven.
Hij bezweerde zijn dochter dat zij vanaf nu beter voor haar Anthony moest gaan zorgen zodat hij hetzelfde zou bereiken als Regina, namelijk zelfstandig lopen en naar school. De dochter was beschaamd en beloofde beterschap. Na duidelijke afspraken te hebben gemaakt hebben we het plaatselijke irrigatie-project bewonderd. Vele dorpsbewonders waren in de weer om hun stukje grond, waarop mais, sorgum en een soort kool verbouwd werd, te verzorgen. Een bijzonder bezoek in the middle of nowhere.

Martha, gediplomeerd verpleegkundig.
Martha is sinds 2001 in dienst van het Ewoi programma. Ze kwam van de middelbare school en werd aangenomen als huisbezoekster. Ze deed haar werk heel goed, had affektie met de ouderen, werkte heel zelfstandig en met verantwoordelijk-heidsgevoel. Ze gaf te kennen dat ze graag verpleegkundige wilde worden en gezien haar werkhouding hebben we haar de kans daarvoor gegeven en de kosten voor haar opleiding betaald. Ze heeft een twee en een half jarige opleiding gevolgd in een missie ziekenhuis en is nu gediplomeerd verpleegkundige. We zijn erg blij dat zij terug is in het Ewoi centrum. Zij is nu verantwoordelijk voor alles wat met gezondheid te maken heeft, zoals de zieke ouderen behandelen thuis of in onze kleine kliniek, huisbezoeken doen, het organiseren van de mobiele klinieken en geven van gezondheidsvoorlichting. Martha is een aanwinst voor het Ewoi programma en we hopen dat we enkele jaren van haar deskundigheid mogen profiteren.



Vriendelijke groeten,
Annie en Ben


De nieuwsbrief wordt via de post verzonden.Om kosten te besparen willen we in het vervolg deze brieven, zo mogelijk, via de e-mail naar u verzenden.Indien u deze per e-mail wilt ontvangen laat het ons weten door uw e mail adres aan ons door te geven .


Bij voorbaat onze dank.



Ben en Annie Janssen | P.O. Box 101
Lodwar - Kenya
Fraters van Utrecht
Fortisbank Rek.nr. 23.16.87.338
- code 1545 (s.v.p. wel vermelden!)
Email: bjans@africaonline.co.ke
Tel.: Lodwar: 00254-54-21474






Terug