Terug



Nieuwsbrief 35 - april 2008

Lodwar Kenya


Inleiding

In januari zijn we, na een week uitstel, weer naar Lodwar vertrokken. De berichten over de problemen die zich na de verkiezingen voordeden spraken voor zichzelf.
Wij hebben ongestoord kunnen reizen. We vonden een rustige stad, Lodwar, waar de spanning voelbaar was.
Er waren een paar schermutselingen geweest na de verkiezingen, maar deze vielen in het niet bij wat er in de zuidelijke steden gebeurde. De berichtgeving was schaars, er verschenen geen kranten.
Het vervoer van en naar het zuiden kwam na aan paar weken stil te hebben gelegen weer op gang en ook werden er weer groenten, fruit, levensmiddelen en brandstof aangevoerd. Alles was intussen duurder geworden omdat het vervoer veel risico met zich mee bracht. Op een zekere nacht was er een schietpartij in de stad en werd een grote winkel voor bouwmaterialen in brand gestoken. Volgens de verhalen had dit echter niets te maken met de politieke problemen, maar lagen hieraan andere oorzaken ten grondslag.
Langzamerhand gingen de scholen weer open en kwam het openbare leven weer op gang. De onderhandelingen, onder voorzitterschap van Kofi Annan, hebben er toe geleid dat er een overeenkomst tussen de strijdende partijen is getekend. We hopen dat dit tot rust in het land zal leiden en dat de partijen zich aan de afspraken zullen houden.
De mensen zijn erg blij met deze ontwikkeling en we hopen dat de vele problemen snel opgelost zullen zijn.

In de kranten worden lange artikelen gewijd aan deze situatie en er staan schrijnende foto's bij van mensen die huis en haard hebben moeten verlaten om een veilig heenkomen te zoeken. Ook in Turkana is een grote groep ontheemden terecht gekomen.
Om de vluchtelingen in Turkana en in het zuiden te helpen zijn er onder de Turkana's acties gestart.

             
Gedroogde vis, duizenden slaapmatten en huishoudelijke artikelen worden gedistribueerd aan de vluchtelingen in Turkana en in het zuiden. Er is in Lodwar een comité gevormd van de gezamenlijke kerken om hulp te bieden.


Onderwijs

Een week later dan normaal zijn in ons gebied de scholen gestart.
Voor de vier dove jongens die in december eindexamen gedaan hebben, zoals we in de vorige nieuwsbrief geschreven hebben, hadden we een school met voornamelijk praktisch onderwijs in Nairobi benaderd en afspraken gemaakt.
Zij zouden daar in januari starten. Maar door de consternatie in het land na de verkiezingen van december is er veel ontregeld. Voor deze kinderen was het onmogelijk zonder gevaar lange afstanden te overbruggen. Zij doen nu leerjaar 8 over, terwijl een van de slechthorende leerlingen een opleiding aan de technische school in Lodwar volgt.


Teleurstellingen

Een tijd geleden kwam de vraag van een van de lezers of we in ons werk ook wel eens met vervelende dingen worden geconfronteerd. We kunnen jullie zeggen dat dit zeer regelmatig voorkomt.
Enkele voorbeelden:

Peter

Via de directeur van een voortgezet onderwijs school komen we in contact met een jongen die een beenprothese nodig heeft. De maatschappelijk werkster onderzocht de achtergronden. Als jong kind had hij zich gestoten aan een steen en de daardoor ontstane infectie was verwaarloosd. Het been moest worden geamputeerd. Voor het kunstbeen kon de jongen niets bijdragen, want zijn familie was niet bij machte hem te helpen. Hij beloofde een geit te brengen als tegemoetkoming in de kosten.
Zijn been werd aangemeten en na zes weken kwam de technicus uit Kitale het kunstbeen brengen. Peter liep met zijn kunstbeen naar huis. Dat is ook de eerste en laatste keer dat we het been hebben gezien. Drie keer is hij op het kantoor terug geweest en vertelde dat hij een pijnlijke knie kreeg als hij het been droeg. We legden hem uit dat dit in het begin voorkomt, maar dat deze pijn naar verloop van tijd verdwijnt. Ook vroeg hij om schoenen en een schooluniform. We maakten hem duidelijk dat we wel bereid waren een school uniform te kopen maar dat hij de slippers, gemaakt van autobanden, zelf moest kopen.
We waren verbaasd toen we enige weken later hoorden dat hij aan een sponsor enkele duizenden shillingen heeft gevraagd en gekregen om aan ons te betalen als vergoeding voor de kosten voor het kunstbeen.
Dit geld hebben we nooit aan hem gevraagd en ook nooit gekregen. Dus het is in zijn eigen zak verdwenen. De maatschappelijk werkster, Catharine, voelde zich danig voor de gek gehouden. Zij is volledig voorgelogen en op het verkeerde spoor gezet. De taal kon geen barrière zijn want Catharine is een Turkana.
Corruptie is er, dat maakt dit geval weer eens duidelijk.

De zaak loopt nog, maar we zullen het er zeker niet bij laten zitten.



Laten we haar Mary noemen

We kennen haar al zeker 10 jaar. Als klein meisje kwam ze regelmatig naar ons toe om wat aandacht. Ze hielp met kleine karweitjes en was een vrolijk kind. Na de basisschool ging ze naar het voortgezet onderwijs.

                                                            
Omdat de familie dit onderwijs niet kon betalen werd ze gesponsord door een instituut in Lodwar. Maar in het eerste jaar van de middelbare school raakte ze in verwachting en werd ze van school gestuurd. De vader van de baby was een schoolgaande jongen, waar je weinig financiële hulp van kon verwachten.
Mary kwam om hulp vragen en ze wilde graag naar Kakuma, waar haar moeder woonde. We hebben haar geholpen met de reiskosten en Mary is bij haar moeder gebleven tot na de geboorte van de baby.

Het bleek al snel dat het kindje ernstig ziek was. Diverse keren hebben we haar geholpen de medische kosten te betalen. Op een morgen stond Mary in alle vroegte huilend op de stoep met een doodziek kind in haar armen. Het ziekenhuis in Lodwar had aangegeven dat het kind waarschijnlijk niet te redden was en stuurde haar weg. We zijn toen meteen naar Kakuma gereden en het kindje werd opgenomen in het missieziekenhuis daar. Hier kreeg de baby de juiste behandeling en wonder boven wonder werd het kind beter.
Na enige tijd kwam Mary met haar kindje weer naar Lodwar. Ze had geen baan, geen inkomen en de familie hielp haar maar zeer zelden. Regelmatig kwam ze naar het kantoor van Ewoi voor hulp en af en toe deed ze kleine karweitjes, waarmee ze wat verdiende. Toen de baby wat ouder was kreeg Mary een baantje op de kleuterschool voor dove kinderen.
Zij deed dat met veel plezier en met veel inzet. Ze verdiende een behoorlijk salaris en ging blij en opgewekt door het leven. We waren dan ook zeer verbaasd dat ze plotseling niet meer op haar werk verscheen en niets meer van zich liet horen. Enkel maanden later kwamen we haar toevallig tegen en ze vertelde dat ze weer naar school ging in Lodwar.
Ze betaalde haar studie van het geld dat ze gespaard had. Achteraf hoorden we van haar broer dat zij een sponsor had die het schoolgeld voor haar betaalde. We zijn blij voor Mary dat ze weer naar school kan, maar we zijn teleurgesteld in haar gedrag.



De kinderen van het internaat op stap

Bijna alle dove kinderen gaan zondags naar de kerk. Hier zijn verschillende kerken en moskeeën. Een keer per trimester gaan de kinderen, die dat willen, naar de grote kerk in de stad. Ongeveer dertig kinderen gingen te voet en de kleinere werden met de auto gebracht, want het is nogal veraf van het internaat.
De kleuters waren erg verdrietig dat ze niet mee mochten. Toen de kinderen na de dienst weer terugkwamen, mochten de kleuters op de auto mee naar ons huis en kregen daar limonade en koekjes. Ze kwamen blij terug in het internaat.
Een van de leidsters zei: "Het lijkt wel of ze naar Nairobi zijn geweest". De kleuters maakten meteen in gebarentaal duidelijk dat ze wat lekkers hadden gehad.
De achterliggende gedachte van deze trip naar de kerk is ook dat mensen zien dat dove kinderen normale kinderen zijn en geen achterstand hoeven te hebben.
De volgende dag al kwam een moeder naar het internaat om haar dove zoontje voor de kleuterschool aan te melden. Ze had de dove kinderen in de kerk gezien en was heel verbaasd dat een kind dat doof is normaal naar school kan en gewoon mee kan doen met allerlei dingen.


Controle van de boeken

Januari is altijd de maand waarin de controles van de uitgaven en inkomsten plaatsvinden. Deels wordt dit gedaan door een extern bureau uit Nairobi en deels door het financiële kantoor van het diocese. We zijn blij dat voor beide programma's de zaken in orde waren.

                                                            
Er zal in het diocese overgegaan worden op een meer uniforme boekhouding.
Het is wel iets gecompliceerder, maar als het eenmaal uitgevoerd wordt, zal het zeker efficiënter werken. En dat is toch een belangrijke zaak voor de toekomst.


Kerstviering

De kerstviering van Ewoi was in verband met de politieke problemen uitgesteld.
In de tweede helft van februari was het dan eindelijk zover. De ouderen kwamen in alle vroegte, kregen thee en brood als ontbijt en later limonade en koekjes.

De warme maaltijd was het hoogtepunt waar ze al maanden naar hadden uitgekeken.
Iedereen had een plastic zak bij zich of een pot om de rest van het warme eten mee naar huis te nemen. Na afloop van de viering kregen de ouderen een deken en anderhalve kilo meel. Die morgen werd er veel gedanst en gezongen. Zelfs de polonaise over het terrein en door het kantoor ontbrak niet.
De ouderen die niet te voet naar het feestterrein konden komen werden gehaald en thuis gebracht.
Het was een mooie dag.
Dit soort positieve ervaringen zorgen er voor dat je de moed er in houdt en de teleurstellingen aan kunt.



Droogte

Al geruime tijd heeft het niet meer geregend. Alles is erg droog. Toen we in het jaar 2000 op onze compound kwamen wonen was het een kale stenen massa. Langzamerhand hebben we boompjes en enkele struiken geplant zoals bougainville en oleander. Omdat er voldoende water beschikbaar was konden we twee keer per dag water geven. Alles groeide en bloeide.
Er kwamen echter steeds meer aftappunten in de stad en daardoor werd de waterdruk in de hoofdleiding steeds minder, want de stadswaterleiding is niet berekend op zoveel afname.
Tegenwoordig wordt het water, dat we voor huishoudelijk gebruik nodig hebben, aangevoerd met een tankwagen en er moet per tank worden betaald.
Het gevolg is dat de bomen en planten verdrogen. We zien het met lede ogen aan, maar kunnen er niets aan doen. Jammer dat het zo gaat, nadat er zoveel energie is ingestopt in de loop van de jaren.
Het maakt weer eens heel duidelijk dat zonder water geen leven mogelijk is.
Het diocese heeft plannen om een put te slaan om dan water op te pompen voor de missie compound.
Het probleem is dat het grondwater erg zout is. Er zal dan eerst een ontziltingsmachine moeten worden aangeschaft. Deze machine schijnt van Zuid-Afrika te moeten komen en is erg duur. Dus al met al zal het zal nog wel even duren voordat we water uit een "eigen" put kunnen halen.


Clementine

Zij was een huisbezoekster die drie jaar in het ouderen programma gewerkt heeft en nu een opleiding voor verpleegkundige volgt. Ze was altijd vrolijk en had veel gevoel voor humor.
Zij was erg gek op haar zoontje Owen van bijna drie jaar oud. Omdat vanwege de politieke situatie haar college nog niet was gestart, verbleef zij nog in haar huisje samen met haar zoontje en nog enkele familieleden. Om wat extra bij te verdienen kocht ze regelmatig wat verse vis, bakte deze en verkocht de gebakken vis dan aan voorbijgangers.
Op een dag, tijdens het bakken, vloog de keuken, gebouwd van droog materiaal, in brand. Tijdens deze brand kwam haar zoontje om het leven. Een ramp voor haar en haar man. Twee dagen na de brand is het jongetje begraven op de compound. Zeker twee weken hebben de ouders bij het grafje geslapen in de open lucht, omdat zij het kind niet alleen wilden laten. Dit hoort ook in de traditie van de Turkana's.
We hebben Clementine geholpen met de aanschaf van wat kleding en de meest noodzakelijke levensbehoeften.
Momenteel heeft ze onderdak gevonden in het huis van een kennis. Totdat haar college weer begint komt ze af en toe helpen in het Ewoi programma. Ze heeft dan afleiding en verdient wat extra.
Een week later was er weer een grote brand in de stad waarbij 26 hutjes van gras, palmblad en stokken zijn afgebrand. Weer zoveel mensen dakloos.
Ook enkele van de Ewoi cliënten werden dakloos. Dit soort "branden" zijn er regelmatig. De hutjes en de afscheiding worden gemaakt van droog, brandbaar materiaal dus door een vonkje en harde wind kan alles in korte tijd veranderen in een smeulend hoopje as.


Muggennetten

Het ouderen programma heeft een flink aantal netten gekregen. Deels door een donatie vanuit Nederland en ook een deel via het ziekenhuis hier in Lodwar. We hebben al een aantal ouderen kunnen voorzien van deze netten. De huisbezoeksters brengen deze naar de ouderen en leggen uit hoe ze die moeten gebruiken.
Omdat de meeste mensen buiten slapen worden er een paar stokken in de grond geslagen waar 's-avonds de netten overheen gehangen worden. In het begin waren de mensen te zuinig op de netten en lieten deze in de plastic zak in de hut hangen. Maar door de voorlichting en adviezen worden de netten nu volop gebruikt.
Ook in het naburige Kalokol zijn al veel ouderen die de netten gebruiken, nadat ze via de mobiele kliniek voorlichting over het gebruik hadden gekregen.
De plaatselijke huisbezoekster begeleidt dit "nettenproject".

                                                            
Uit cijfers blijkt dat we minder gevallen van malaria hebben sinds de ouderen de netten gebruiken. Dus een goede zaak om hier mee door te gaan.



Fijne Paasdagen en vriendelijke groeten,

Ben en Annie Janssen | P.O. Box 101
Lodwar - Kenya
Fraters van Utrecht
Fortisbank Rek.nr. 23.16.87.338
- code 1545 (s.v.p. wel vermelden!)
Email: bjans@africaonline.co.ke
Tel.: Lodwar: 00254-54-21474






Terug